Ongewervelden en insecten

Er leven heel veel insecten rondom en in het water. In de warme zomermaanden vliegen er bijvoorbeeld waterjuffers boven de sloten die hier paren en op riet en andere waterplanten onderwater hun eitjes leggen. Uit deze eitjes komen nimfen, een soort larven. Zij besteden de eerste tijd van hun leven onderwater en jagen daar op voedsel, totdat ze door een soort van hetzelfde proces als een vlinder gaan en een coconnetje maken om een libelle te worden. 

Deze nimfen jagen bijvoorbeeld ook op muggenlarven. Dit zijn vaak kleine wormpjes onderwater. Rode muggenlarven leven graag in de bodem totdat ze volwassen muggen worden. De larven van zwarte muggen zwemmen juist rond in het water en zoeken bij gevaar de planten rondom op voor veiligheid. Deze larven zijn een voedselbron voor heel veel dieren die in en rond het water leven. Vissen eten ze, maar het is ook het favoriete eten van heel veel amfibieën.

Een ander voorbeeld van insecten die veel als voeding dienen voor andere dieren zijn watervlooien. Deze ieniemienie kleine beestjes gebruiken hun twee pootjes om door het water te zwemmen en filteren algen uit het water om te eten. Dit filteren doen veel schelpdieren zoals zoetwatermossels ook. Deze kunnen zelfs wel tot 4 liter per uur filteren! Niet alle dieren met een "schelp" filteren water om hun hapje algen te krijgen. Slakken schrapen de algen juist van de stenen af in plaats van het filteren.

De europese rivierkreeft werkt als een soort vuilnismannetje in de sloten, beken en rivieren. Hij eet bijna alles, van dode vissen tot waterplanten. Doordat deze kreeft waterplanten eet, hield hij juist de sloten een beetje open in plaats van dat deze volledig dicht groeiden. Hij heeft dus zeker een belangrijke rol in het ecosysteem. Ze zijn namelijk niet alleen opruimers, maar ook een goede voedingsbron voor dieren zoals reigers en otters.

In de laatste 20 jaar zijn er echter helaas veel invasieve soorten naar Nederland gekomen, die de europese rivierkreeft weg concurreren voor eten en habitat.  Deze andere soorten groeien veel sneller waardoor ze sloten helemaal kaal vreten en graven in de slootkanten waardoor deze nu niet meer stabiel zijn. Ze zorgen dus voor veel schade. Toen deze soorten hier naartoe kwamen brachten ze ook ziektes mee zoals de kreeftenpest. Hoewel deze invasieve kreeften hier redelijk tegen bestand zijn heeft het zo'n grote klap uitgedeeld bij de europese rivierkreeften dat deze alleen nog maar te vinden zijn in 1 vijver in heel ons land.